´Zoekt u een bureaucraat, dan heeft u de verkeerde persoon´ /reageer

´Zoekt u een bureaucraat, dan heeft u de verkeerde persoon´
  • door: Audrie van Veen
    over: concurrentie, strategie, beleid
    op: 19 januari 2010
  • De nieuwe eurocommissaris voor innovatie Máire Geoghegan-Quinn wil dat meer jonge mensen een wetenschappelijke studie gaan volgen.

  • Vooral academische vrouwen kunnen wel een steuntje gebruiken.

De nieuwe Eurocommissaris voor Onderzoek, Innovatie en Wetenschap, Máire Geoghegan-Quinn, wiens benoeming nog wel goedgekeurd moet worden door het Europees Parlement, maakte op 13 januari haar plannen bekend. Het is de eerste keer dat een Eurocommissaris belast wordt met innovatie.

Geoghegan-Quinns voorganger, Janez Potocnik, had de portefeuille Wetenschap en Onderzoek. Commissievoorzitter Barroso wil met een commissaris Innovatie duidelijk maken dat innovatie essentieel is voor Europa. Eerder was er sprake van dat een ‘supercommissaris’ voor innovatie zou komen, om verbindingen tussen de verschillende portefeuilles te slaan die met innovatie te maken hebben, maar uiteindelijk heeft Barroso ervoor gekozen innovatie aan de ‘gewone’ commissaris voor Onderzoek en Wetenschap te geven. Desalniettemin is het een bepalend onderwerp voor de ontwikkeling van Europa als kenniseconomie, zo gaf Geoghegan-Quinn in haar hoorzitting en openingswoorden voor het Europese Parlement aan. “Kennis zal olie vervangen als drijvende kracht achter de economie”, aldus Geoghegan-Quinn. Daarom is haar post ook zo belangrijk voor de Europese strategie voor 2020.

Maatschappelijke uitdagingen

Geoghegan-Quinn wil dat Onderzoek, Innovatie en Wetenschap centraal staan in alle Europese beleid. Omdat dit volgens haar de enige manier is om van Europa een concurrerende kenniseconomie te maken. Samenwerking tussen de publieke sector en het bedrijfsleven acht zij daarbij van het grootste belang. Geoghegan-Quinn gaat vooral inzetten op enkele belangrijke maatschappelijke problemen: klimaatverandering, energiezekerheid en vergrijzing. De administratieve lasten moeten verlicht worden, zonder dat dit ten koste gaat van de kwaliteit van Europese onderzoeksprojecten. Ook wil zij de deelname van kleine en middelgrote bedrijven aan Europese subsidies stimuleren. 

Om landen in Centraal- en Oost-Europa te helpen aansluiten bij hun buurlanden voor wat betreft hun wetenschappelijke infrastructuur, hoopt Geoghegan-Quinn 86 miljard uit de Europese Structuurfondsen (ESF) gebruiken voor onderzoek, innovatie en wetenschap.

Samenwerking met andere Eurocommissarissen

Geoghegan-Quinn sprak over haar post als een functie met een overbruggende en multidisciplinaire rol. De Ierse, voormalig lid van de Europese Rekenkamer, wil een groep gaan leiden van Eurocommissarissen verantwoordelijk voor de digitale agenda (Neelie Kroes), industrie, energie en onderwijs - en dan geen praatgroep maar een groep die concrete resultaten aflevert. Geoghegan-Quinn: “Ik ben voor actie. Er is al genoeg gepraat over onderzoek en innovatie, het is nu tijd voor resultaten. We moeten van een decennium van debat over Europa naar een nieuw decennium van resultaten boeken.”

We moeten van een decennium van debat óver Europa naar een decennium van resultaten boeken ín Europa

Minder administratieve lasten, meer MKB


Geoghegan-Quinn wil samen met de voorgedragen Commissaris voor de Interne Markt, de Fransman Michel Barnier, het Europese patentensysteem en  de bescherming van intellectueel eigendom gaan verbeteren. Ze acht vermindering van administratieve lasten bij Europese subsidieprogramma’s zoals het Zevende Kaderprogramma voor Onderzoek en Ontwikkeling van groot belang. Er zal een Taskforce opgericht worden om te onderzoeken hoe de Europese Investeringsbank (EIB) en het Europese Investeringsfonds (EIF) kunnen worden uitgebreid om meer midden- en kleinbedrijf te stimuleren tot innovatie. Ook kunnen wellicht de onderwerpen die voor subsidie in aanmerking komen zo worden aangepast dat ze aantrekkelijker worden voor innovatieve bedrijven.

Mobiliteit van onderzoekers en meer vrouwen in onderzoek


Daarnaast wil Geoghegan-Quinn jonge mensen aanmoedigen om een wetenschappelijke studie te volgen, omdat dit essentieel is voor Europa’s concurrentiekracht. Daarbij moeten wetenschappers betere arbeidsomstandigheden krijgen dan nu het geval is, en moeten onderzoekers zich vrijelijk door de Europese Unie kunnen bewegen, zonder dat dit negatieve gevolgen heeft voor hun sociale verzekeringen en pensioen. Het vergroten van het aandeel van vrouwen in de wetenschap staat op Geoghegan-Quinns lijstje, maar ze wil geen quota instellen. Ze wil zich meer richten op doelen en op ondersteuning van vrouwelijke wetenschappers na onderbrekingen in hun loopbaan.

Achtergrond


De voorgedragen eurocommissaris voor Innovatie was eerder in Ierland lid van het parlement en Minister voor Toerisme, Transport en Communicatie en Minister voor Europese Zaken. Zij is opgeleid als leraar en schreef de roman The Green Diamond en was columnist voor de Irish Times. Kritische stemmen vragen zich af of Geoghegan-Quinn wel de geschikte persoon is om te beslissen over wetenschap en onderzoek in Europa, omdat zij hierin niet gespecialiseerd is. De vrees is dat wetenschap teveel gekoppeld zal worden aan bedrijfsbelangen.

De kersverse eurocommissaris garandeert echter haar onafhankelijkheid en daadkracht: “Als u op zoek bent naar een ambtenaar of een bureaucraat, dan heeft u de verkeerde persoon. Ik ben een politicus, een doener. Ik garandeer u ook de onafhankelijkheid van mijn denken,” besloot zij de hoorzitting. Het Europese parlement beslist 26 januari 2010 over de benoeming van de nieuwe Europese Commissie.

Reageren via Facebook

Reacties

Over Audrie van Veen

Audrie van Veen is technologie en innovatie trendwatcher en en heeft haar eigen bedrijf voor wetenschapspopularisatie, Audrie van Veen Connecting Science. Daarnaast werkt ze als adviseur voor Europese R&D-subsidies voor Agentschap NL/EG-Liaison, een dienst van het Ministerie van Economische Zaken. Hiervoor werkte ze voor overheid en bedrijfsleven in Nederland en Frankrijk. In Frankrijk volgde ze voor de Nederlandse overheid enkele jaren Franse ontwikkelingen en bevorderde de samenwerking tussen Nederlanders en Fransen op technologisch en wetenschappelijk gebied.