Tweet

‘Regelgeving werkt innovatie tegen’ /1 reactie

De pensioengerechtigde leeftijd heeft hij inmiddels lange overschreden, maar Noor van Andel is still going strong. De superefficiënte draadwarmtewisselaar (powerpoint) die hij bedacht, wordt inmiddels toegepast en hij zet zich in voor het concept van de zonneterp, een buurtschap dat de eigen nutsvoorzieningen helemaal zelf kan verzorgen. ‘Het grootste struikelblok voor duurzame producten is niet de technologie, maar de regelgeving, die niet is opgewassen tegen radicale vernieuwing.’

‘De zonneterp is een combinatie van een kas met een duurzame woonwijk’, vertelt Noor van Andel, ooit hoofd van de onderzoeksafdeling van Akzo en daarna zelfstandig uitvinder, over zijn jongste project. ‘Het geheel is zelfvoorzienend. Alle biomassa, van gft tot rioolwater, wordt vergist tot biogas om warm water en elektriciteit te genereren. De geproduceerde CO2 wordt voor de plantengroei in de kas gebruikt. Een warmtesysteem vangt zonnewarmte op, die wordt opgeslagen in een waterlaag in de bodem. Dat dient ’s winters voor verwarming, waarna het afgekoelde water in de zomer weer te gebruiken valt voor koeling. Het belangrijkste van dit concept is dat het duurzaam is, maar het blijkt ook nog eens goedkoper te zijn. Dat is bijzonder, want de meeste duurzame wijken zijn juist duurder dan conventionele.’

Straatje eerst

Zoiets uitproberen kost natuurlijk geld, maar financiering is niet het nijpendste probleem. ‘Er zijn best gemeentes geïnteresseerd om hiermee een experiment aan te gaan’, zegt hij. ‘Een klein straatje, natuurlijk, want ook ik ga liever kleinschalig op mijn bek dan met een hele wijk tegelijk. Maar de regelgeving staat zo’n experiment tegen. Zodra je elektriciteit wilt gaan leveren, je eigen waterzuivering doen, en je eigen afvalverwerking, ben je aan allerlei regels gebonden waar in eerste instantie niet aan valt te voldoen. Regelgeving beschrijft nu eenmaal altijd de bestaande situatie.’

‘Dan kun je zeggen: jammer, dan doen we het niet. Of je zegt: laten we de regels tijdelijk oprekken om het eens te proberen. Ik zou willen dat de Nederlandse overheid wat meer open stond voor het laatste.’