Als technologie de kans krijgt gaat de mens verloren
/9 reacties
-
door: Arno Schrauwers over: genetica, sociologie, juridisch op: 5 oktober 2009 Wat onderscheidt een mens van een machine?
Het zal veel mensen worst wezen.
Er is iets heel vreemds aan de hand, vindt Arno Schrauwers. Terwijl eind jaren ‘70 begin jaren 80 nog heftig gediscussieerd werd over de gevaren van genetische manipulatie (modificatie zeiden de voorstanders), is het nu rond het onderzoek aan de ‘kern’ van het leven angstwekkend stil.
Als convergerende technologieën hun beloften gestand doen, wordt de weerstand van levende organismen gebroken, staat er wat onheilspellend te lezen in het rapport Leven als bouwpakket van het Rathenau-instituut dat onlangs is uitgekomen. Zelfs als de beloften van deze bij elkaar komende technologieën buitengewoon speculatief zijn, dan geeft deze analyse aan welke de visioenen zijn die richting geven aan veel onderzoek en technologische ontwikkelingen, gaat het rapport verder.
Geen haan
Wat is er aan de hand? Door de voortgaande ontwikkeling en vooral het ’samenkomen’ (convergeren) van de nano- , bio- en informatietechnologie, wordt er stevig gemorreld aan de fundamenten van ons bestaan en aan de ideeën die we hebben over leven en moraal. En geen haan die er naar kraait.
In 1980 maakte Henk Mochel van de brave omroep NCRV en presentator van het ‘discussie’-programma Rondom Tien een vrij opzienbarende film: De Truc. Een goochelcongres wordt verstoord door mysterieuze ziektegevallen die hun oorzaak vonden in genetisch gemanipuleerde micro-organismen uit een nabij biotechnologisch lab. Van die grote bezorgdheid die toen bij het grote publiek heerste, zijn nog stukjes terug te vinden in de acties van Greenpeace tegen gengewassen.
Inmiddels is de wetenschap voortvarend verder gegaan op de weg van het manipuleren van levende systemen en praten we zelfs over het maken van nieuw leven, over het uitbannen van erfelijke ziektes en het verbeteren van mensen. Dat is wel even wat anders dan het op wat krukkige wijze lukraak knippen en plakken van erfelijke materiaal van micro-organismen (bacteriën) zoals in de jaren ‘70 gebeurde. Doordat ondersteunende technieken als informatica en nanotechnologie zich ook steeds verder ontwikkelden, krijgen onderzoekers, bijna letterlijk, steeds meer greep en zicht op de processen van het leven die zich afspelen op moleculair niveau. Daarnaast komen er door de miniaturisering en verfijning van allerhande technieken ook steeds meer mogelijkheden ‘defecten’ aan het leven te repareren met behulp van technische en chemische hulpmiddelen. Het Rathenau-instituut heeft zich eens gebogen over de mogelijke gevolgen van de convergentie (samenkomen) van deze NBI-technologieën (Nanotechnologie, Biologie en Informatica) en die analyse maakt niet vrolijk.