'Computer, een retourtje Amsterdam graag' /reageer

Kapitein James T. Kirk praatte wat af tegen zijn computer en nooit sloeg het ding op tilt. In het hier en nu is een spraakherkenningssysteem dat snapt welke trein je wilt nemen al teveel gevraagd. Promovendus Koen van Turnhout MTD van de TU in Eindhoven onderzocht de specificaties voor een kaartjesautomaat die zich gedraagt als een baliemedewerker.

Amsterdam

Stel je een kaartjesautomaat van de NS voor. Twee vriendinnen turen naar het computerscherm. “Welkom bij het Openbaar Vervoer Informatiesysteem”, zegt een blikken computerstem. “Over welke verbinding wilt u informatie?” Een van de vrouwen wil graag naar het Noorderdierenpark. “Waarom?”, vraagt haar vriendin verbaasd. Zij gaat liever naar Artis. “Dan pikken we ook nog een dagje Amsterdam mee.” Na wat heen en weer gepraat besluiten de vrouwen naar Artis te gaan. “Amsterdam”, krijgt de kaartjeskiosk te horen.

Proefopstelling

Het is allemaal echt gebeurd. Alleen waren de vrouwen twee proefpersonen en het computersysteem werd aangestuurd door een onzichtbaar persoon achter een deur. Een informatiesysteem dat uit zoveel data precies de juiste informatie weet te filteren, bestaat namelijk nog niet. Maar promovendus Koen van Turnhout weet dankzij deze proefopstelling bij de faculteit Industrial Design inmiddels wel veel over de voorwaarden waaraan zo’n systeem moet voldoen.

Lastig

In de eerste plaats moet de computer begrijpen wanneer de vrouwen met elkaar overleggen en wanneer ze tegen hem spreken. Dat blijkt erg lastig te voorspellen. “Er bestaan geen duidelijke wetten voor”, zegt Van Turnhout. “Als de personen naar elkaar kijken, hebben ze het waarschijnlijk niet tegen de computer. En als ze naar de computer kijken, bestaat de kans dat de boodschap voor hem is bedoeld. Als ze spreken net nadat de computer iets heeft gevraagd, hebben ze het ook vaak tegen hem. Maar zeker is dat allemaal niet.”

Statistisch model

Middels sensoren aan het plafond viel vast te stellen in welke richting de personen op welk moment keken

Tijdens de laboratoriumtesten droegen de proefpersonen haarbandjes met infrarood-ledjes. Middels sensoren aan het plafond viel zo vast te stellen in welke richting de personen op welk moment keken. Niet alleen de kijkrichting, maar ook het moment waarop mensen spraken legde Van Turnhout vast. Sprak de betreffende persoon bijvoorbeeld net na een boodschap van de computer, of na een uitspraak van de gesprekspartner? En hoe lang duurde de uiting?
Op basis van dergelijke gegevens en met behulp van een statistisch model kon de onderzoeker uiteindelijk met enig succes inschatten voor wie of wat een bepaalde boodschap was bedoeld. “Zelfs zonder spraakanalyse blijkt best goed te voorspellen tot wie mensen zich richten.”