Daar vliegen de robots
/1 reactie
-
door: Renée Kneppers over: biotech, regelgeving, consumenten, medisch, robotica op: 28 mei 2008 Tijdens een conferentie in Arizona werd de eerste robot-kever gepresenteerd
Het doel: het in een levend insect inbrengen van de perfecte spionnentechnologie
Enge droom? Helemaal niet. Cyborgdieren bestaan echt. Ratten zijn al als spion op pad gestuurd, maar ook duiven en zelfs haaien (zie kaders) worden als handige spionnen of klussers ingezet door mensen.
Nu is het de beurt aan insecten. De Cyborg Beetle is een feit. Tijdens de laatste MEMS-conferentie (Micro Elektro-Mechanische Systemen) in Arizona werd de robot-kever gepresenteerd door zijn uitvinders van de universiteit van Michigan.
Elektrodes
Cyborgdieren
Een team van neurowetenschapper John Chapin van de universiteit van New York kwam in 2002 naar buiten met een op afstand bestuurbare rat. Ingebouwde elektroden bootsen de sensatie na van aanraking van de snorharen. De rat werd geleerd te reageren op de elektrische prikkels, bijvoorbeeld om rechts- of linksaf te slaan. Die vaardigheid werd later uitgebreid met geurherkenning, zoals van mensen of explosieven. De cyborgrat wordt ingezet bij rampen, wanneer mensen onder puin liggen verborgen of om mijnen te ruiken. Een rugzakje met een camera zorgt ervoor de bewegingen precies te volgen. Zo kan hij worden bijgestuurd. (zie vervolg)
De Dynastes tityus - een kever die tot de bladsprietkever-familie behoort - is uitgerust met drie elektrodes (twee ingeplugd in de spieren van z’n vleugels en een in de ‘hersenen’, dichtbij de neuronen die zijn vliegcapaciteiten beheren), een elektronische controlepost met een ion-lithiumbatterij op z’n kop en een zichtstimulator, voor de ogen van het insect geplaatst door middel van een krom, metalen armpje waarmee zijn kopje naar links of rechts gedirigeerd kan worden.
Vliegtuigje
Het geheel, zoals een speelgoedvliegtuigje op afstand bestuurbaar, heeft momenteel maar een gebrek: de afmetingen van technologische onderdelen die het beestje meedraagt. Want een echte cyborgspion zou niet te onderscheiden moeten zijn van zijn familieleden.
En hij zou honderd meter boven zijn bestuurder moeten kunnen vliegen en vijf meter van zijn doel moeten kunnen landen… Dat lukt ook nog niet helemaal, het arme beestje kan enkel in rondjes en zigzaggend vliegen.
Beestenboel
Maar de cyborgkever bestáát dus wel. En met hem een hele beestenboel van andere, eveneens gerobotiseerde insecten die uitgedokterd worden in militaire onderzoekslaboratoria. Want het torretje is niet het enige project waar DARPA - het Defence Advanced Research Projects Agency - op het moment mee bezig is in het kader van het HI-MEMS-programma (’HI’ voor Hybrid Insect).
Spionnentechnologie
Cyborgdieren, vervolg
Chapin heeft die truc ook toegepast bij duiven. De vogels kunnen met een laptop in alle richtingen worden gedirigeerd, ook omhoog en omlaag. Hierdoor kunnen ze bijvoorbeeld worden gebruikt om militaire konvooien door vijandelijk gebied te begeleiden. Het MIT in Boston heeft haaien, die zeer goed kunnen ruiken, uitgerust met hightech om zeemijnen op te sporen.
bron: BN De Stem
Het uiteindelijke doel van het programma: het extreem verkleinen en in een levend insect inbrengen van de perfecte spionnentechnologie. Waarbij de elektronische ‘organen’ al geïmplanteerd worden als het insect nog in z’n coconstadium is, waardoor technische en fysieke lichaamsdelen met elkaar vergroeien. Het is de bedoeling - en zo werkt het ook - dat er solide en betrouwbare verbindingen ontstaan.
Implants
In het Boyce Thompson Institute in Ithaca (staat New York) is het de onderzoekers gelukt sondes van zachte kunststof te implanteren in een aantal nachtvlindercoconnen, een week voor de vlinders uit zouden komen. Die dan ook geboren zijn met de elektroden gelinkt op de juiste plaatsen - die perfect bleken te functioneren. (filmpje)
Zal in de toekomst een vliegend insectenleger zonder dat wij het weten boven onze hoofden cameras, gevaarlijke giffen of explosieven vervoeren? We zuller er maar op moeten vertrouwen dat onze en andere regeringen het beste met ons voor hebben - zolang niet spannende groeperingen deze technologieën onder de knie krijgen.