Dagobert Duck, het grote voorbeeld /1 reactie

De moderne goudzoeker

beeld: Sister 72In onze tijd hebben we de moderne goudzoeker. Misschien niet meer zo noest en heroïsch als in de tijd van Skookum Jim Mason, maar toch minstens net zo avontuurlijk. Gedreven door de eerste succesverhalen en het vooruitzicht om met iets vernieuwends een snelle slag te slaan. Zonder veel voorbereiding en met veel enthousiasme aan de slag. Gewoon doen.

Gewoon doen. Daar is helemaal niets mis mee - zolang je maar een van de eersten bent.

Daar is helemaal niets mis mee - zolang je maar een van de eersten bent. Dan kun je nog je spade in de maagdelijke grond steken met een grote kans om wat goud te vinden (of je land snel te verkopen). Maar zodra er spoorwegen aangelegd worden moet je wegwezen. Want dan wordt het hard zwoegen en zeven om je goudklompje bij elkaar te sprokkelen.

Een mooi en modern tooltje om de goudzoeker te helpen in zijn queeste (of om ‘m ervan te weerhouden) is de Gartner Hype Cycle.

De Hype Cycle

Gartner Hype CycleDe Hype Cycle is een curve die verassend genoeg bijna altijd opgaat voor elke innovatie.
Elke nieuwigheid start met een eerste succesverhaal. Goud in Klondike! Vervolgens schiet vanuit het onbekende de populariteit van het nieuwigheidje omhoog tot ongekende hoogte (de trigger).

De bomen reiken tot ver in de hemel. En op dat punt ontstaat er een zeepbel, de peak of inflated expectations. Op dat punt aangekomen blijkt de nieuwigheid toch eigenlijk wel zwaar tegen te vallen en keldert de populariteit weer net zo snel als dat die omhoog kwam. De mensen raken gedesillusioneerd.
Gartner noemt die depressie met een briljant gevoel voor drama de Trough of Disillusionment (de ‘trog van desillusie’). De meeste goudzoekers haken dan snel af. Maar zij die een adertje hebben aangeboord of over een lange adem beschikken komen uiteindelijk op het Plateau of Productivity terecht.

Internet zeepbel

Het meest tot de verbeelding sprekende voorbeeld dat het voorspellend vermogen van de curve bevestigt, is het internet zelf met de internetzeepbel - de hausse die duurde van 1997 tot 2001.
Kenmerkend voor die tijd is de euforische stemming waarin mensen aloude economische wetmatige zekerheden als ‘voorbij’ gingen beschouwen. De dot-com en e-commerce bedrijfjes schoten als paddestoelen uit de grond en traditionele ondernemingsstructuren werden opzij geschoven voor marktaandeel, waarbij niet werd gekeken naar de netto inkomsten. En met het uiteenspatten van de zeepbel stortte ook de hele economie in elkaar.

Maar had hierna het internet geen bestaansrecht meer? Was met het einde van een hype ook een einde gekomen aan het fenomeen? De revolutie was weliswaar voorbij, maar het maakte plaats voor ambachtelijke evolutie. Te hoog gespannen verwachtingen werden verruild voor oude waarden als kosten, nut en acceptatie. En e-commerce heeft ondertussen het plateau bereikt. Het is business as usual geworden dus.