De magneet die helpt tegen depressie
/9 reacties
-
door: Derk Runhaar over: geneeskunde, biotech, gezondheid, psychologie, medisch op: 29 oktober 2008 Nieuwe medische techniek blijkt zeer succesvol
Hersenen worden lokaal gestimuleerd met een magneet
Transcraniële magnetische stimulatie (TMS) is een revolutionaire, nieuwe techniek waarmee artsen bepaalde hersengebieden kunnen stimuleren met een magneet. TMS lijkt heel effectief tegen depressie, zo meldt de Gezondheidsraad. Het effect van TMS op andere psychiatrische aandoeningen, zoals schizofrenie of persoonlijkheidsstoornissen, wordt nog volop onderzocht.
Surrealistisch gevoel
“Er klinkt een hard klikkend geluid. Ik voel een tikje op mijn schedel en een onaangenaam gevoel in mijn mond. Plotseling heb ik geen woorden meer. Mijn spraakcentrum is tijdelijk uitgezet.” Een proefpersoon van professor Walsh in Londen beschrijft het surrealistische gevoel wanneer hersendelen met een druk op de knop worden uitgezet.
Oplichtende hersengebieden
Het menselijk brein was tot voor kort een zwarte doos. Je deed er iets in via je zintuigen, dat onderging een mysterieuze bewerking en daar kwam dan bepaald gedrag uit. De enige kennis kwam via hersenbloedingen. Iemand die plotseling niet meer kon praten werd na zijn dood onderzocht. De aangedane plek in de hersenen was verantwoordelijk voor de spraak, zo concludeerde men.
Afbeeldingstechnieken met fMRI hebben het in kaart brengen van het brein makkelijker en sneller gemaakt. Uitgevoerde opdrachten tijdens een MRI-scan zorgen meteen voor het oplichten van bepaalde hersengebieden op de foto. Maar deze methode bewijst niet dat de oplichtende hersengebieden ook echt verantwoordelijk zijn voor die bepaalde functie.
Klanken vormen
Tijdens spraak bijvoorbeeld lichten allerlei gebieden op op de MRI-foto, maar welk gebied precies wat doet is dan niet duidelijk. Voor spraak zijn namelijk allerlei hersenfuncties nodig. Je moet bedenken wat je wilt zeggen, daarna moet je dat formuleren in woorden en vervolgens moet je spieren in mond en keel aansturen om de klanken te vormen. Met TMS kan veel selectiever een bepaald gebied uitgeschakeld worden, zodat je bijvoorbeeld nog wel woorden kunt formuleren, maar niet meer uitspreken.
In het Londense laboratorium van professor Walsh gaat het onderzoek verder. “Ik kan niet praten, maar zingen gaat gek genoeg nog prima. Wanneer ik dezelfde woorden van dat liedje echter wil opzeggen, dan lukt dat niet meer.” Zingen en praten gebeurt dus met twee verschillende hersendelen. Wordt een gebied uitgezet, dan functioneert de rest van de hersenen nog prima.