Expert: 'We ontkomen niet aan kernenergie' /7 reacties

Coeur d’Alene Basin open uraniummijn (V.S.). Foto: U.S. Fish and Wildlife Service“Verder is op basis van vele wetenschappelijke studies gezegd dat afval prima in de geologische ondergrond opgeborgen kan worden. Dat is ook nog nooit op praktische schaal gedemonstreerd.
De milieubeweging zou moeten eisen dat kernenergie duurzaam wordt met het daadwerkelijk in gebruik nemen van snelle reactoren en een bergingsplaats voor radioactief afval. Dit gebeurt nu niet omdat er nog geen feitelijke noodzaak toe is, hoewel er wel geld beschikbaar is.” (zie kader Reserveringen uit atoomstroom)

Reserveringen uit atoomstroom

In het verleden is er 2 procent van de MWh-prijs gereserveerd voor ontmanteling van kerncentrales en opslag van het gebruikte uranium. Nieuwe inzichten laten zien dat dit 5 procent moet zijn. Voor een centrale van 1000 MW elektrisch moet tijdens de levensduur een bedrag van 1 miljard euro gereserveerd worden. Kosten voor de ontmanteling worden geschat op 400 miljoen, opslag van radioactief afval 100 miljoen, opslag in een mijn kost 1,5 miljard. Deze kosten kunnen afnemen als er nieuwe technieken ontwikkeld worden.

In de kWh-prijs van de elektriciteit uit Borssele zit de ontmanteling van de centrale plus de eindberging van het afval inbegrepen: jaarlijks 1,3 kubieke meter verglaasd, hoog-radioactief afval. Dus laat maar zien. En ontwikkel die snellekweekreactoren zodanig dat ze inherent veilig zijn. Dat is natuurlijk de toekomst van de kernenergie.”

De droom van de snellekweekreactor

Sinds 1980 is in Jekaterinenburg in Rusland een snellekweekreactor in bedrijf en is een tweede kweekreactor in aanbouw (zie kader ‘Werking kerncentrale en snellekweekreactor’ pag. 4). Ook in India komt bij Chennai in Tamil Nadu een snellekweekreactor. In Frankrijk staat de experimentele snellekweekreactor Phénix.
Alle andere snellekweekreactoren zijn na een relatief korte bedrijfstijd gesloten. Kalkar heeft het zelfs na miljardeninvesteringen, vooral door Duitsland, nooit verder gebracht dan tot pretpark.
Al in juli 1953 verklaarde de Atomic Energy Commission in de VS dat het gelukt was om met de proefreactor in Idaho meer plutonium te kweken dan de gebruikte hoeveelheid uranium-235 waarmee het kweekproces in gang was gezet. Toen al was het bouwen van een kweekreactor zeer kostbaar vergeleken met andere reactortypes, en het kweekproces verloopt zeer langzaam: het duurt wel vijf jaar voordat het proces evenveel splijtstof teruggeeft als het verbruikt.
De snellekweekreactor is een al een oude droom. Ik heb een boek uit 1955 waarin dezelfde hoop wordt uitgesproken door Amerikaanse bedrijven in het begin van de jaren vijftig. Waarom is het er nog niet van gekomen?

Van der Hagen: “Er is geen enkele economische drijfveer om snelle reactoren te ontwikkelen. Uranium kost namelijk bijna niks. De algemene gedachte is: we weten dat het kan, we doen het wel als het zover is.

Prijs

Bij de huidige marktprijs van ongeveer 60 euro per kilo en gelijkblijvend gebruik zijn de uraniumreserves voldoende voor ruim veertig jaar. De prijs van brandstof bij een kerncentrale is slechts een fractie van de productiekosten.

We weten dat het principe werkt, het moet alleen nog op een inherent veilige manier ontwikkeld en gebouwd worden. Het grote voordeel is wel dat je dan veel korter levend afval hebt, de periode dat je het goed moet bewaren wordt gereduceerd tot vijfhonderd jaar.”

Commissie

De verkenningscommissie Energie van FOM concludeerde in augustus 2006 (pdf) dat er in Nederland geen noodzaak is voor fysisch onderzoek aan kernenergie op korte termijn.

“Ik zit in de commissie. Ik denk zelf dat kernenergie noodzakelijk is voor de elektriciteitsvoorziening. Tot 2050 ontkomen we zeker niet aan kernenergie. Je hebt het nu nodig, samen met ‘schoon fossiel’ – technologie waarmee de uitstoot van kooldioxide bij gebruik van fossiele energiebronnen kan worden teruggedrongen – om de andere opties intussen verder te ontwikkelen.”

Europees budget voor kernonderzoek

Op Europees niveau wordt al het geld voor kernonderzoek beheerd via het 7e kaderprogramma van Euratom. Het grootste gedeelte gaat naar kernfusie: 1,9 miljard euro tussen 2007 en 2011 op een totaalbudget van 2,7 miljard.
Verder besteedt Euratom 287 miljoen euro aan het beheer van radioactief afval, reactorsystemen, stralingsbescherming, steun voor en toegang tot onderzoeksinfrastructuur, en personeel en opleiding.
De rest van het geld, 517 miljoen euro, wordt verdeeld via de nucleaire activiteiten van de Joint Research Centers.
Hiervan gaat een fractie naar onderzoek aan kernenergie, en het andere deel naar milieuonderzoek (Ispra) en energie in het algemeen (Petten).
Ter vergelijking: het EC 7e kaderprogramma bevat 2,3 miljard voor onderzoek op het gebied van duurzame energie (dus exclusief kernsplijting en kernfusie).

Vond je de conclusie van de commissie dan terecht?
“Nee: Nederland gebruikt nucleaire technieken en blijft die – waarschijnlijk in toenemende mate – gebruiken. Het is daarom van belang nucleaire deskundigheid, door opleiding en onderzoek, in stand te houden en te versterken, om verschillende redenen. Het vergroot de concurrentiekracht van Nederland en de Nederlandse industrie. Het draagt bij aan de duurzaamheid en voorzieningszekerheid van de elektriciteitsvoorziening. Ook is het van belang voor de medische technologie en de innovatie daarvan, het houden van toezicht op nucleaire activiteiten, en het informeren en voorlichten van de samenleving.”

Geld

Krijgen jullie alleen geld voor onderzoek uit de Kaderprogramma’s van Europa? (Zie ‘Europees budget voor kernonderzoek’)
“Ja. Het is voor ons heel moeilijk om via FOM of STW aan geld te komen. Zodra het woord nucleair valt, dan is het: “O, niet bij ons.” Langzaam waait er een nieuwe wind, ook bij FOM. Projecten met het thema energie hebben een meerwaarde. Ook fundamentele dingen uit de kernenergiesfeer passen daarin.”