Gebruik Twitter en LinkedIn om een baan te vinden /reageer

Gebruik Twitter en LinkedIn om een baan te vinden

Wie is er tegenwoordig geen lid van social network sites als Facebook, Twitter of LinkedIn?

Handig om op de hoogte te blijven van wat er speelt bij vrienden en zakelijke contacten. Goed om je netwerk bij te houden, handig als visitekaartje. Maar levert zo’n site nu ook concreet voordeel? Wetenschappers van de Universiteit Maastricht onderzochten of social network sites invloed hebben op je
carrière.
Bart Rienties, assistent professor eLearning en één van de co-auteurs van het artikel: “Het onderzoek is geïnitieerd door een van mijn scriptiestudenten. Miriam Pinckaers wilde, als bijna afgestudeerde, graag weten of haar online connecties haar konden helpen bij het vinden van een baan.”
Volgens het LinkedIn-profiel van Pinckaers heeft ze bijna 200 connecties en werkt inmiddels bij TNT als management trainee. Die baan heeft ze niet via LinkedIn gevonden, maar zag aan het einde van haar studie wel regelmatig vacatures via LinkedIn. Ook bij een volgende carrièrestap zou ze zeker LinkedIn gebruiken: “Ik zou dan in mijn netwerk kijken naar contacten die bij organisaties werken die ik interessant vindt, en daar contact mee opnemen. Ik vind LinkedIn een heel handige manier om je professionele netwerk up-to-date te houden.”

Studenten vaker op Facebook

Met een onderzoek onder bijna 400 respondenten vonden de onderzoekers dat mensen met meer contacten op sociale netwerksites ook daadwerkelijk meer informatie vinden over vacatures. Zeker als ze veel contacten op LinkedIn hebben. De onderzoekers maken onderscheid tussen drie groepen: studenten, managers en professionals (niet-managers). Van de studenten heeft 89 procent een Facebook account, van de managers 75 procent en van de professionals 53 procent. Voor LinkedIn liggen die verhoudingen -logisch- andersom: 90 procent van de managers, 82 procent professionals en 49 procent van de studenten. Maar het zou voor de andere helft van de studenten wel eens heel handig kunnen zijn om meer tijd aan LinkedIn in plaats van aan Facebook te gaan besteden.

Zwakke of sterke contacten

Rienties en zijn collega’s maakten onderscheid tussen ’sterke’ en ‘zwakke’ connecties in het online netwerk. Sterk wil zeggen dat er regelmatig contact is, zoals met vrienden en familie, zwak wil zeggen weinig contact, zoals bijvoorbeeld collega’s en studiegenoten van vroeger. Ook zwakke connecties leveren voordeel op, vooral bij de professionals. Managers hebben meer aan de sterke connecties in hun netwerk voor het vinden van een baan.

Minder Facebook, meer LinkedIn

Voor studenten is het goed voor hun carrière om al eerder meer tijd te steken in LinkedIn dan in Facebook, vindt Rienties. “Vaak nodigen studenten mij ná hun afstuderen uit voor hun LinkedIn netwerk. Ik raad studenten juist aan om al tijdens hun studie te werken aan hun LinkedIn profiel en het opbouwen van een online netwerk, aangezien de kans dat je relevante vacatures krijgt aangeboden via dit netwerk aanzienlijk hoger is. Bovendien maken ook steeds meer werkgevers gebruik van online netwerk sites, bijvoorbeeld om het profiel van sollicitanten op te zoeken. Het is dan leuk als ze je privé foto’s op Facebook kunnen bekijken, maar je hebt waarschijnlijk liever dat ze op je professionele profiel op LinkedIn terecht komen. Dat is toch een soort online CV en visitekaartje van jezelf.”
Mensen die hun studie nog niet afgerond hebben voelen vaak een drempel om een professioneel netwerksite te gebruiken. Toch is het slim om dat al wel te doen. “Je kunt laten weten wat je naast je studie doet en aangeven wat je afstudeerproject is, dat vinden je contacten ook interessant,” zegt Pinckaers. “Ook is het goed om je af te vragen wie je al kent, oud-studiegenoten, familie, vrienden. Vaak werkt er al iemand bij een organisatie die voor jou interessant kan zijn, dat kun je gebruiken.”

Twitter gaat nog sneller

Naar Twitter hebben de onderzoekers niet gekeken. Een kleine steekproef via Twitter leverde mij binnen een uur een paar reacties op van mensen die een baan hadden gevonden via deze microblog en sociale netwerksite. Studente Communicatie Nicky Groeneveld (ofwel @N_icky op Twitter) meldde op een dinsdag op Twitter dat ze een baan zocht. Ze werd direct benaderd door recruiter Floor Nobels (@floornobels op Twitter) die een pakkende vacature kende en haar ook adviseerde over haar CV en motivatie. Op vrijdag had ze een sollicitatiegesprek bij het tijdschrift Mama Magazine, en binnen twee weken kon ze aan de slag als producer/redactieassistente. En werd op Twitter weer gevonden door Fiona Stoop (ofwel @werkcoach ) die bezig is met een boek over Twitter, op verzoek van een uitgeverij, die haar vond via… Twitter.

Balans tussen zakelijke en privé-informatie

Stoop kent nu al zo’n 25 mensen die een baan vonden via Twitter. Bijna al deze mensen hadden ook een profiel op LinkedIn en vaak een eigen website. Ze gaven aan dat een eigen site of blog had geholpen bij het vinden van een baan. Over privé-zaken twitteren doet het overgrote deel van deze mensen. Stoop adviseert om dit niet té veel te doen, een balans tussen professionele en privé-tweets is belangrijk: “De kans is groot dat je profiel gecheckt wordt [door de organisatie met de vacature] als je Twittert. Zorg dat jouw profiel eruit ziet zoals jij zakelijk over wilt komen.”

Behulpzaam

Dus, een goed LinkedIn-profiel of een persoonlijke website is belangrijk. Twitter vergroot je netwerk nog eens, en kan een dynamische bijdrage leveren aan de zoektocht naar een baan. Veel mensen zijn behulpzaam en re-tweeten (herhalen) jouw zoekvraag onder hun eigen volgers op Twitter. Of ze tippen iemand rechtstreeks of adviseren je. Een kleine moeite, die vaak veel oplevert. Het combineren van deze sociale netwerken kan het aantal relevante
mensen voor jouw vakgebied dus enorm vergroten.

Reageren via Facebook

Reacties

Over Audrie van Veen

Audrie van Veen is technologie en innovatie trendwatcher en en heeft haar eigen bedrijf voor wetenschapspopularisatie, Audrie van Veen Connecting Science. Daarnaast werkt ze als adviseur voor Europese R&D-subsidies voor Agentschap NL/EG-Liaison, een dienst van het Ministerie van Economische Zaken. Hiervoor werkte ze voor overheid en bedrijfsleven in Nederland en Frankrijk. In Frankrijk volgde ze voor de Nederlandse overheid enkele jaren Franse ontwikkelingen en bevorderde de samenwerking tussen Nederlanders en Fransen op technologisch en wetenschappelijk gebied.