Is nanotech wel veilig?
/1 reactie
-
door: Bastienne Wentzel over: chemie, biologie, biotech, gezondheid, regelgeving, nanotech, materiaal op: 22 oktober 2007 Nanotech wordt langzaam gemeengoed
Maar hoe (on)gezond is het eigenlijk?
Zijn nanodeeltjes slecht voor de gezondheid? Er is weinig over bekend. Wetten of regels voor veilig werken zijn er nog niet. Wat vinden nano-onderzoekers zelf?
Het NOS-Journaal, 25 januari 2037: “Duizenden ouderen die jarenlang in het laboratorium met nanodeeltjes hebben gewerkt zijn ernstig ziek. De materialen hebben veelal hun longen of hersenen aangetast. Velen van hen zullen vroegtijdig overlijden.” Doemscenario of realiteit? Als je het de onderzoekers vraagt, het eerste. De meesten reageren laconiek. Zoals Erik Bakkers, senior scientist bij Philips Research het verwoordt: “Nee, zoals nanotechnologie een hype is, kun je dit soort gezondheidsproblematiek rondom nanotechnologie ook een hype noemen.”
Het lijkt wel of er nog weinig aandacht is voor de risico’s van het werken met nanodeeltjes. “Het staat inderdaad nog in de kinderschoenen”, zegt Karin de Haas, arbocoördinator bij FOM. Nano-onderzoekers van het FOM-instituut Amolf werken bijna uitsluitend in een clean room. Het risico van besmetting met nanomaterialen is daar dus gering. “In de research is het sowieso een minder groot issue omdat we met kleine hoeveelheden werken”, zegt de Haas.
Nanotech in de praktijk 1
In diverse laboratoria in Nederland werken onderzoekers dagelijks met nanodeeltjes. Hoe gaan deze mensen om met nanomaterialen en de mogelijke risico’s ervan?
Erik Bakkers, senior scientist bij Philips Research in Eindhoven: “Dagelijks werken hier enkele mensen met nanodraden (Si, III-V), quantum dots (Si, InP), colloïden (Au, Ag) en pigmenten (TiO2, ZnO, TaN, Fe2O3). We werken altijd in een zuurkast met erg kleine hoeveelheden (microgrammen) of lage concentraties in oplossingen. Het belangrijkst is dat inademen wordt voorkomen. Vaak zijn de chemische eigenschappen van materialen relevanter voor de toxiciteit dan het formaat. We zijn nagegaan of nanodraden en nanobuisjes, dus een-dimensionale structuren, dezelfde gevaren opleveren als asbest. In de medische wereld is hier in detail naar gekeken. Als de lengte van de nanodraden korter dan twintig micron is, kunnen de trilhaartjes in de luchtkanalen deze materialen afvoeren uit de longen en is er geen probleem. Als de materialen bio-afbreekbaar zijn, dus als ze in het lichaam door cellen afgebroken kunnen worden, is er ook geen probleem. Dit zou voor koolstofnanobuisjes wel eens een probleem kunnen zijn. En deze gebruiken wij dan ook niet. Ik verwacht niet dat er nu nog onverwachte gezondheidseffecten naar boven zullen komen.”
Asbest
Hebben de onderzoekers die zich niet druk maken gelijk? De Haas denkt dat het zo’n vaart niet loopt. “Het blijkt nu ook dat er van asbest gevaarlijke en minder gevaarlijke soorten bestaan. Niettemin moet je voorzichtig blijven. Er geldt: hoe kleiner hoe gevaarlijker. We moeten het onderwerp wel serieus bekijken.” Remko Houba adviseert enige voorzichtigheid. “Er zijn twee componenten”, zegt Houba, arbeidshygiënist bij de Arbo Unie en betrokken bij het Kenniscentrum Arbeid en Longaandoeningen. “Aan de ene kant het bestanddeel zelf, bijvoorbeeld grafiet in het geval van koolstofnanobuisjes, en aan de andere kant de afmetingen. Het zijn waanzinnig kleine deeltjes. De risico’s daarvan kennen we nog niet.”
De gevaren van nanodeeltjes in relatie tot normaal stof liggen vooral in het feit dat ze niet alleen op de luchtwegen en longen kunnen werken maar ook opgenomen kunnen worden in de hersenen of bloedbaan, zegt hoogleraar toxicologie Paul Borm. “Het is nog onbekend of dit effect kan leiden tot systemische effecten van nanodeeltjes.”
Nanodeeltjes kunnen reactiever worden als ze kleiner worden gemaakt. Dit is een oppervlakte-effect dat toegepast wordt in de katalyse. Een staaf ijzer bijvoorbeeld brandt niet, maar ijzerpoeder is zeer licht ontvlambaar. Bakkers van Philips: “Ik verwacht hier eigenlijk geen nieuwe ‘chemie’ of ‘biochemie’.” Paul Borm is het met hem eens: “Werken met nanodeeltjes is niet wezenlijk anders dan werken met chemicaliën. Je moet alleen omgaan met de onzekerheid omtrent de risico’s en attent blijven. En we moeten het ook niet overdrijven,” vindt hij. “Bedrijven die voor een nieuwe applicatie met nanomateriaal gaan werken, vragen mij wel eens of dat niet heel gevaarlijk is. Dan zeg ik: we zullen eens kijken wat het bewijs daarvoor is, wat zou de expositie kunnen zijn en wat zijn de risico’s?”
Borm is lector aan de Hogeschool Zuyd en heeft het nieuwe curriculum Nanotechnologie helpen opzetten. Vanzelfsprekend krijgen de studenten een portie veiligheid tijdens de colleges. “Ik leer ze dat er nog een aantal onopgeloste vragen zijn die consequenties hebben voor het omgaan met nanomaterialen. Er zijn nog geen goede methoden om de expositie te meten in de lucht of het afvalwater. Er zijn een paar vuistregels als je met deeltjes werkt, en die gelden ook voor nanodeeltjes: Probeer het werken met poeders te vermijden. Werk bij voorkeur met een oplossing of suspensie. Als je toch met poeders moet werken, dan in een goed geventileerde, afgesloten ruimte.”