Ook 60 miljoen euro lijkt niet genoeg voor Spyker
/reageer
-
door: Ewald Smits over: financiering, marketing, concurrentie, bedrijfsgroei, strategie op: 21 juni 2007 Voor de tweede keer staat Spyker aan de rand van de afgrond
Opnieuw lijken hoogmoed en onnodige bewijsdrang de reden
Gister ging er opnieuw 14,3 miljoen euro in Spyker. Dankzij Jan Mol (vader van Michel Mol) en aandeelhouder Mubadala Development Company. Met dit bedrag heeft Spykers sinds haar start ruim 60 miljoen euro (!) verbrand. En de ontwikkelingen binnen het bedrijf doen nou niet bepaald vermoeden dat dit voldoende is.
Van Spijker tot Spyker
In 1880 stichtten de Hilversumse broers Hendrik-Jan en Jacobus Spijker hun bedrijf. Aanvankelijk bouwden de broers koetsen. Ze waren hiermee zeer succesvol en verplaatsten hun bedrijf in 1886 naar Amsterdam. De Rijtuigenfabriek Gebr. Spijker bouwde hier onder meer de Gouden Koets.
In datzelfde jaar kochten de gebroeders Spijker een auto van de Duitse firma Benz, en een jaar later besloten ze de Benz in licentie te gaan assembleren onder de naam Spijker-Benz.
In 1903 werd het merk Spijker veranderd in het meer internationaal ogende Spyker. In datzelfde jaar bouwde Spyker een auto die zowel de eerste zescilinder als de eerste permanent vierwiel aangedreven auto ter wereld was.Vooral in Engeland werden de Spykers al snel populair en het merk verwierf zelfs de eervolle bijnaam “Rolls-Royce van het continent”.
De reputatie van Spyker als kwaliteitsmerk bleef groeien. Koningin Wilhelmina bestelde in 1911 haar eerste Spyker- staatsiewagen. Er zouden er nog negen volgen. De Spyker zou tot aan de Tweede Wereldoorlog de officiële Nederlandse staatsauto blijven.
Na de Eerste Wereldoorlog kwam Spyker met de C4. Deze werd voorzien van een motor die werd gebouwd door de befaamde ingenieur Wilhelm Maybach. In 1920 kreeg de Spyker C4 veel publiciteit door een fameus record van Rolls Royce te verbeteren. Dergelijke spectaculaire stunts bleken echter geen commercieel succes. In 1925 werd de productie gestaakt en een jaar later ging het bedrijf definitief failliet. In totaal had Spyker toen zo’n 1500 auto’s geproduceerd.
Het merk Spyker heeft in zijn lange bestaan al heel wat stof doen opwaaien. Gesticht in 1880 ging het befaamde automerk van Nederlandse bodem in 1926 roemloos ten onder. Ondernemer Victor Muller en ontwerper Maarten de Bruijn bliezen het merk in 1999 nieuw leven in. Ze ontwikkelden een snelle superluxe sportauto, waarmee het merk Spyker opnieuw pretenties kreeg. Maar het bedrijf blijft problemen houden. De naam is voor veel geld verpand, de CEO vervangen. Meestal zijn dat de verkeerde signalen.
Een korte terugblik op twee jaar tobben die begonnen met het vertrek van Maarten de Bruin.
20 juni 2007: 14,3 miljoen in ruil voor Spyker Formule 1 team
Spyker meldt opnieuw geld uit de markt te hebben gehaald. Het gaat dit keer om 14,3 miljoen euro, verkregen via twee aandeelhouders, Jan Mol en Mubadala. Maar daar staat tegenover dat nu nagenoeg geheel Spyker is verpand.
Strongwind, het investeringsvehikel Jan Mol, de vader van Spykers F1-baas Michiel Mol, fourneert 4,3 miljoen euro. In totaal heeft hij nu 15,3 miljoen euro geleend aan Spyker. Mubadala Development Company verstrekt de resterende 10 miljoen. Dat is de eerste lening van dit bedrijf aan Spyker.
Mubadala is al langer aandeelhouder in Spyker. Volgens de laatst bekende gegevens bedraagt het belang van Mubadala 16,8 procent, meldt Fem Business. De Arabische investeerder is ook aandeelhouder in Ferrari en speelde een rol bij de motorendeal van Spyker F1 met Ferrari.
Voor deze leningen is het Spyker Formule 1-team in onderpand gegeven.
Spyker is flink bezig met verpanden. In het persbericht van gisteren meldt Spyker tevens dat voor de bestaande kredietfaciliteit van Friesland Bank extra onderpanden zijn verstrekt. Eerder al waren de merknaam Spyker en de rechten op het intellectueel eigendom verpand. Nu zijn daar de dochterbedrijven Spyker Automobielen, het raceteam Spyker Squadron en de dochterbedrijven in Engeland en de VS bijgekomen. In feite is heel Spyker verpand.
Kennelijk had de bank behoefte aan meer zekerheden. Niet verwonderlijk, aangezien Spyker vorig jaar meer geld opnam dan was afgesproken. De kredietfaciliteit omvat 8,7 miljoen euro, maar na het sluiten van de boeken bleek Spyker afgelopen jaar 10,9 miljoen euro te hebben opgenomen.
Sinds begin dit jaar is er voor 29,3 miljoen euro aan leningen verstrekt door bestaande andeelhouders. Onder hen ook Victor Muller en commissaris Hans Hugenholtz.
De financiering is nog niet compleet. Er moet nog meer geld bij, afhankelijk van de uitkomsten van de strategische studie die Booz Allen Hamilton momenteel uitvoert.
24 mei 2007 | Tijd voor een strategie
Spyker Cars heeft adviesbureau Booz Allen Hamilton ingehuurd om de producent van luxe sportwagens te adviseren bij de ontwikkeling van een toekomstige strategie. Het adviesbureau zal tevens het huidige productaanbod van Spyker onder de loep nemen.
Booz Allen Hamilton zal naar verwachting het onderzoek aan het eind van het derde kwartaal van 2007 hebben afgerond. ‘Dan zal ook onze financieringsbehoefte bekend zijn’, aldus een woordvoerster van Spyker. Een exacte datum kon ze niet geven.
Spyker zal aan de hand van dit onderzoek de financieringsbehoefte opnieuw gaan inrichten. Deze behoefte aan financiele middelen is het gevolg van de groei van de activiteiten en de daarmee samenhangende behoefte aan werkkapitaal.
Daarnaast zijn er middelen nodig voor ontwikkeling en de overname van het Formule 1 team.
23 mei 2007 | Merknaam verpand
Spyker Cars heeft zijn merknaam verpand aan de Friesland Bank. Friesland Bank sloot eind vorig jaar een kredietovereenkomst met Spyker, nadat de vorige huisbankier ABN Amro besloot deze rol te beëindigen. In totaal zou Friesland Bank volgens deze overeenkomst EUR 9 miljoen aan de autofabrikant lenen.
Inmiddels zijn daarvan EUR 5 miljoen door Spyker ontvangen. Naar verluidt stelt de bank aan het resterende deel van de lening voorwaarden. Daaraan zou Spyker niet kunnen voldoen, zodat die betaling uitblijft, zo schrijft De Financiele Telegraaf. Spyker ontkent dit laatste en Friesland Bank wil geen commentaar geven.
VEB-directeur Peter-Paul de Vries noemt de verpanding van het merk Spyker ‘een teken aan de wand’. De Vries vermoedt dat de verpanding voortkomt uit een actie van de bank om haar belangen veilig te stellen