Zo vader zo zoon, samen op het verkeerde pad /1 reactie

Zo vader zo zoon, samen op het verkeerde pad

Waarom komt het ene kind goed terecht terwijl het ander afdaalt in het criminele milieu? De omgeving waarin een kind opgroeit, speelt een belangrijke rol, dat is al langer duidelijk. Toch zijn er legio kinderen uit achterstandswijken die prima terechtkomen. Het wordt meer en meer duidelijk dat ook genen een belangrijke factor zijn in de keuze voor het slechte pad. Recent onderzoek van de Florida State University toont aan dat adolescente mannen met een bepaalde genvariatie meer de neiging hebben criminele vrienden uit te zoeken dan mannen zonder deze genvariatie.

Onderzoek naar genetische aanleg voor crimineel gedrag is lange tijd taboe geweest. Eind jaren zeventig kwam het tot een botsing tussen wetenschappelijke nieuwsgierigheid en maatschappelijke verontwaardiging. Wouter Buikhuisen, zojuist geïnaugureerd als hoogleraar criminologie aan de Universiteit Leiden, wilde onderzoek doen naar de biologische achtergrond van crimineel gedrag. Hij hypothetiseerde dat iemand die weinig van het stresshormoon adrenaline aanmaakt, en daardoor weinig angst kent, meer kans maakt om in de criminaliteit terecht te komen.

Buikhuisen

De politieke en wetenschappelijke consensus in de jaren zeventig was echter dat de verrotte maatschappij iemand tot crimineel maakt. Aanleg om het verkeerde pad te kiezen bestond niet. Iedereen die anders beweerde werd onmiddellijk gebombardeerd tot fascist. Buikhuisen werd vergeleken met nazi-arts Josef Mengele. Hij werd zo hard aangevallen dat hij zich uiteindelijk terugtrok uit de wetenschap. Van zijn onderzoek is uiteindelijk weinig terechtgekomen.

Nu, dertig jaar later, zijn er aanwijzingen dat Buikhuisen er misschien wel dichterbij zat dan gedacht. Eén van de studies die daar op wijzen is een onderzoek van de Florida State University onder leiding van Kevin Beaver . Hij beschrijft in het Journal of Genetic Psychology dat mannen met een bepaalde variatie in het dopamine transporter gen (DAT1) zich meer aangetrokken voelen tot criminele vriendengroepen dan mannen zonder de variatie. Dopamine speelt een rol bij gevoelens van geluk en genot en fungeert tevens als voorloper voor de aanmaak van adrenaline.